Opnieuw leren

Ten­nis­sen, voet­bal­len en veel op pad met vriend­jes. Tot mijn veer­tien­de was ik eigen­lijk altijd vol­op in bewe­ging. Ik ten­nis­te drie tot vier keer in de week, maar kreeg ont­zet­tend veel last van mijn schou­der. Na onder­zoe­ken bij de huis­arts, fysi­o­the­ra­peut en ortho­peed bleek het een agres­sie­ve vorm van bot­kan­ker te zijn. Mijn wereld stond stil en ik ging een zwa­re peri­o­de vol ope­ra­ties en che­mo­k­uren tege­moet. Uit­ein­de­lijk was een ampu­ta­tie van mijn lin­ker­arm de eni­ge optie. Sinds febru­a­ri 2009 ga ik door het leven met één arm.

Bij­na alles moest ik opnieuw leren; van het sme­ren van een boter­ham tot het ser­ve­ren met ten­nis­sen. Toch wist ik toen al één ding zeker: ik laat mijn licha­me­lij­ke uit­da­ging geen beper­king wor­den. Daar­voor heb ik niet alle ellen­de door­staan. Ik leer­de weer ten­nis­sen, kreeg een baan­tje bij de super­markt en werd kee­per bij het Neder­lands voet­bal­team voor men­sen met een ampu­ta­tie. Ik was weer vol­op in beweging.

Door de jaren heen is de kan­ker zes keer terug­ge­ko­men. Niet alleen lij­ken de ver­ha­len van Bibi­an en mij een beet­je op elkaar; we kwa­men elkaar ook steeds vaker tegen. In het zie­ken­huis, bij lezin­gen of tij­dens sport­events. Inmid­dels zet­te ik mij als vrij­wil­li­ger in bij Stich­ting Ampu­ta­tie­voet­bal Neder­land en hielp ik bij het orga­ni­se­ren van de Para­g­ames. Toen er een vaca­tu­re ver­scheen bij de Men­te­li­ty Foun­da­ti­on hoef­de ik niet lang na te den­ken. Hoe­wel het voor mij van­zelf­spre­kend is dat je lek­ker blijft spor­ten, weet ik inmid­dels dat dat niet voor ieder­een in Neder­land geldt. Door slech­te voor­zie­nin­gen of een gebrek aan kan­sen. Na vier prach­ti­ge jaren bij de Bibi­an Men­tel Foun­da­ti­on werk in nu voor Bra­bant Sport en blijf ik ook daar men­sen moti­ve­ren en inspi­re­ren in bewe­ging te komen, hun gren­zen te ver­leg­gen en niet te den­ken in beperkingen.

“Er kan veel meer dan men­sen en hun direc­te omge­ving vaak denken.”

Thijs Kroe­zen